Overwegingen voordat u bestelt

DBG = Dijken Basis Grassen / DBK = Dijken Basis Kruiden

1. Is de dijk bestemd voor (zwaar) agrarisch of recreatief medegebruik  (zie Visie, (functie-)eisen en streefbeelden)? Of is de toplaag zeer voedselrijk en produceert die veel biomassa? 

   We adviseren een standaard D1 (weide) of D2 (hooiland) mengsel, omdat deze tegen redelijke kosten een goede grasbekleding oplevert. Wilt u vanuit een voedselrijke situatie met weinig soorten toewerken naar een meer soortenrijke vegetatie? Dan is het nodig eerst de bodem te verschralen door maaien en afvoeren van maaisel. Zie Voedingsstoffen. Bij licht agrarisch gebruik is een zekere soortenrijkdom mogelijk.

2. Gebruikt u als substraatlaag een nieuwe bodem (maagdelijke grond)? 

   We adviseren DBG omdat de nieuwe bodem direct na aanleg nog minder geschikt is voor kruidenrijke vegetaties. DBG introduceert de goeie grassen, hoe klein de dichtheid in het begin ook is, die straks de hoofdmoot van de vegetatie gaan vormen. Voor kruidenrijke vegetaties moet vaak eerst voldoende bodemvorming tot ontwikkeling zijn komen. Onderzoek of binnen die nieuwe bodem toch kansrijkere stukken aanwezig zijn waar DBK als vlakken toepasbaar is. (Zie Strategie en tijdstip) Hiermee ontstaat een bronlocatie van waaruit de soorten zich over de grasdijk kunnen verspreiden zodra de omstandigheden daarvoor geschikt zijn. Zie Bodemcomponenten. Zie voor latere soortenrijkdom Aanleg en ontwikkeling van soortenrijke dijken.

3. Hergebruikt u een oude toplaag met plantenresten en zaden? 

   We adviseren een mengsel van DBG en DBK zonder of met slechts zeer weinig witte klaver. Klaver is een soort die stikstof uit de lucht bindt en in de bodem beschikbaar maakt. In een oude toplaag zit waarschijnlijk voldoende stikstof. Klaver kan in die situatie erg dominant groeien in het begin. Deze soort domineert dan niet alleen de grassen, maar ook vooral de kruiden en vormt een belemmering voor DBK. 

4. Gebruikt u een sterk zandige toplaag (minder dan 8% lutum)? 

   We adviseren u om ‘Dijken Basis Lichte Grond’ te bestellen. Hierin zijn soorten opgenomen die beter bestand zijn tegen droogte en voedselarmoede.

5. Komen bepaalde soorten uit DBK niet in uw gebied van nature voor? Of wilt u soorten niet vanwege aanliggende landbouwgrond? Bijvoorbeeld Groot streepzaad, Wilde peen, Margriet? 

   We adviseren u dat bij de bestelling op te geven. Het is voor de leverancier eenvoudig om die zaden niet mee te leveren.

6. Wilt u graag een soort die kenmerkend is voor uw gebied en die niet in DBK zit? 

   We adviseren u dat bij de bestelling op te geven. Het is voor de leverancier misschien mogelijk om die zaden te leveren. Voor zeldzame soorten uit uw gebied kan dit een risico betekenen. Die soorten hebben vaak een specifieke genenbank die bij de regio hoort. We adviseren u eerst te kijken of u die regionale zaden kunt verzamelen en gebruiken. Dit om floravervalsing te voorkomen. Zie ook Beleidskeuzes zaad. 

7. Zaad en biodiversiteit zijn kostbaar. Wilt u graag nader advies? 

   Neem contact op met een ter zake kundig ecoloog en/of de leverancier die deskundige meedenkt hoe het waardevolle zaad zo goed mogelijk kan worden gebruikt. Maatwerk is mogelijk, omdat gebieden floristisch kunnen verschillen. En daarbij is het van belang dat ook aangepaste samenstellingen voldoen aan de eis voor een sterke zode.